Opnieuw een dilemma door het weer (waar is die lente eigelijk?!). Eigenlijk moet ik pas morgen of overmorgen een einde maken aan de tussenaflegger. Maar ze geven te veel regen de komende dagen en zaterdag is om andere redenen geen optie. En nog langer wachten is te riskant, dan zou er wel al eens een koningin kunnen uitgelopen zijn. Dan maar vandaag aan de bijen werken… Op het programma dus de ene kast controleren (geen nieuws daar) en de twee gescheiden volkjes van de kast met de tussenaflegger weer verenigen.
De bijen in het stuk zonder koningin waren not amused dat ik ze kwam storen en al helemaal niet toen ik de koninginnendoppen kapot maakte. Ze kwamen al snel op mijn handen en mijn gezicht af en dat is een duidelijke waarschuwing. Inderdaad niet veel later dan toch een steek of twee (mijn eerste :-)). Dan maar verder gewerkt met handschoenen…
Op de foto hierboven zie je mooi enkele redcellen die ze getrokken hebben. Ze hebben larfjes van één dag willen doen opgroeien tot koninginnen. Ze zetten er meerder aan, just in case. En wanneer er meerdere koninginnen uitkomen, geldt de wet van de sterkste tot er maar eentje overblijft. Maar dat is niet de bedoeling van deze imker: vandaag wil ik dat volk terug verenigen met het volkje met de koningin.
Hier zie je hoe snel zo’n mini-larfje al is uitgegroeid door de overvloedige koninginnenbrij tot een stevige larve in het popstadium. Nog een paar dagen en ze zou geboren worden.
Met de honingvoorraad zit het nog steeds redelijk snor. Sommige ramen zijn al bijna helemaal verzegeld, maar echt veel vordering hebben ze eigenlijk niet gemaakt, of toch minder dan ik hoopte. Weinig vliegweer, dus komt er weinig binnen, en de monden moeten natuurlijk gevoed blijven worden…
En hier zie je een raampje uit de onderste broedbak. Wat je in de celletjes ziet, is bijenbrood: stuifmeel met een laagje nectar/honing op om het te conserveren (gistingsproces) en beter verteerbaar te maken.
In de andere kast was het langzaam tijd om voor de eerste keer het gesloten darrenbroed te snijden. De varroa-parasiet heeft een voorkeur voor darrenbroed (de cyclus van de mannenbijtjes is wat langer) om zich in voor te planten en dus snijden imkers een deel gesloten darrenbroed weg om zo ook de varroadruk wat tegen te houden.
En dit geeft me de gelegenheid om eens in close-up de eitjes te tonen:
Je ziet een klein wit streepje dat rechtop staat, dat is dus een vers-gelegd eitje, in dit geval een onbevrucht, want het zit in een darrencel.
Volgende bericht: zondag, na de les moerteelt.