Vanmorgen met heel kleine oogjes naar de eerste les koninginnenteelt geweest, want we zaten gisteren niet bepaald vroeg noch helemaal nuchter in ons bed. In deze praktische lessenreeks gaan we van A tot Z leren hoe het kweken van koninginnen in zijn werk gaat. Binnen een week of 6 kom ik dan normaal gezien naar huis met twee kwalitatief hoogstaande koninginnen uit de Norderney-lijn, bevrucht in Kreverhille en kan ik ze invoeren in twee volkjes die ik van de mijne afsplits. Spannend!
Vandaag dus les 1. In de kennismakingsronde wordt al snel weer duidelijk dat ik met mijn 35 lentes toch weer bij de jongsten ben en sommige cursisten hadden vlotjes 20 tot 40 jaar imkerervaring op de teller. Slik. De cursisten komen van heinde en verre uit W-Vl, O-Vl, Brabant en Antwerpen. Voor mij is het nog geen half uurtje rijden, maar voor anderen is het toch minstens anderhalf uur rijden. Je ziet: dergelijke praktische cursussen zijn uiterst zeldzaam.
Deze les leerden we van Ronny, René en Maarten – dit zijn dezelfde lesgevers die mij vorige lente besmet hebben met de passie voor de bijenteelt – hoe we eraan beginnen. Op de kiwibesplantage van de UGent in Bottelare staan een 7-tal bijenkasten van onze lesgevers. Twee kasten waren al moerloos gemaakt en een derde maakten we deze ochtend moerloos: we namen de koningin samen met een raam broed, een raam stuifmeel en een honingraam weg (dat wordt dan een nieuw volkje). De rest van de kast bleef verweesd achter en na korte tijd was ieder bijtje in de kast op de hoogte dat ze moerloos geworden waren. Arme bijtjes… 😉
Stap 1: in de 2 volken die al 5 tot 7 dagen moerloos zijn: alle redcellen breken. Bijen zonder koningin bouwen gewone cellen met een jong larfje om tot koninginnecellen en kweken zo hun nieuwe leidster. Aangezien wij de controle willen, worden eerst al deze cellen verwijderd of kapotgemaakt.
Stap 2: in de volken van de topkoninginen waar we verder van willen kweken wordt een goed raam met jonge larfjes opgezocht.
Stap 3: met een Chinese omlarfnaald worden de onooglijk kleine eendagslarfjes (één millimeter of zo?) uit hun oorspronkelijke celletjes gevist en samen met wat van de daarin aanwezige koninginnenbrij in een Nicot-dopje gedeponeerd.
Tips&Tricks:
- Kies een oud/donkerder raam, anders gaat je naald makkelijk door de bodem.
- Glijd de cel binnen langs de wand en dan krult de naald op de bodem onder het larfje.
- Benader het larfje aan haar rugzijde.
- Duw de naald in het dopje tot het op de bodem krult en het larfje in de goede positie komt. Gebruik dan het schuifmechanisme van de naald om het larfje eraf te laten glijden.
- Wikkel de lat in een vochtige handdoek tegen het uitdrogen.
Stap 4: we hangen voorzichtig een lat vol van die dopjes in het moerloze volk. Daarboven wat suiker/honingdeeg om de bijtjes te prikkelen en in de buurt van de larfjes te brengen. Als alles goed gaat, zullen de bijen deze larfjes verder voeden en verzorgen tot koninginnen.
Morgenavond is les 2 en gaan we kijken of we de larfjes zonder kwetsuren overgelarfd hebben én of ze de larfjes ook daadwerkelijk aanvaard hebben. we gaan ook nog wat aan onze kweekkastjes werken.
Stay tuned for more! Cursus georganiseerd door Imkersbond Laarne en Pomologische Vereninging Oost-Vlaanderen.
Interessant om meer te lezen over jullie les koninginnenteelt. Mijn oom is imker, maar ik weet eigenlijk weinig van zijn werk af. Interessant dat jullie de eendagslarfjes uit hun celletjes hebben gevist. Wat vonden jullie het leukste aan deze les?