Gisterenavond de vierde les moerteelt: op naar Kreverhille! Dat is een soort sexclub voor bijen, of misschien beter gezegd: een bevruchtingsstation. De beste bevruchtingsstations liggen op een eiland (bv. de Waddeneilanden), zodat de darrenpopulatie (de mannetjes) perfect gecontroleerd kan worden. Kreverhille niet, maar het ligt in een bocht van de Schelde. De Schelde is op dat punt zo breed dat de bijen er niet over vliegen. Aan de zuidkant zijn nauwelijks bijen (landbouwgebied waar voor bijen niks te rapen valt) en de 2 dichtste imkers werken ook met reinteeltkoninginnen van dezelfde linie.
We namen onze ERK’tjes (met daarin onze koningin en haar kernvolkje) mee naar Ossenisse. Ik kon er maar één meenemen, want mijn nr. 33 heeft helaas het loodje gelegd. Om onverklaarbare redenen hebben ze haar afgestoken op de tweede vliegdag… Ik krijg van de lesgevers wel nog een vervangexemplaar dat in eigen stand zal bevrucht worden.
Kreverhille: hoe gaat dat nu concreet in zijn werk? We kregen een fijne rondleiding van Jean-Pierre, kijk maar even mee.
Eerst controle van de kastjes: er mogen absoluut geen darren in zitten!
Zo ziet de tuin met de schuthuisjes eruit.
Met de tractortje wordt een lading ERK’s van de dag naar de juiste plaats gebracht.
En in elk schuthuisje komen twee ERK’s, die er 18 dagen zullen blijven.
Nu is het wachten op goed vliegweer (oeps) voor de koninginnen op bruidsvlucht gaan om (hopelijk succesvol) te paren met zo’n 10 tot 20 darren. De koninginnen keren dan terug met een door de topdarren goed gevulde spermatheek, zodat ze de komende jaren bevruchte eitjes kunnen leggen. Duimen maar voor “wit 16”!